Rekenen groep 6: Checklist voor ouders

In groep 6 krijgt je kind bijna 6 uur per week rekenles. Iets meer dan een uur per dag. Wat leert het dan? Bekijk de Rekenen groep 6 ‘Checklist voor ouders’ en download de oefenbladen rekenen groep 6.

Oefenbladen rekenen groep 6 (PDF)

Leren rekenen doe je met de rekenwerkbladen. Deze gratis werkbladen staan vol met rekensommen voor groep 6, waaronder deelsommen, minsommen, plussommen en nog vele andere soorten sommen.

Download hier de gratis oefenbladen rekenen voor groep 6:

 

Oefenbladen Rekenen Groep 6 (Gratis)

Video's met uitleg en leuke spelletjes

Bekijk de video-uitleg over sommen en de leukste spelletjes waarmee je rekenen kunt oefenen:

km naar m omrekenen

Km naar m omrekenen

Op de basisschool leert jouw kind rekenen. Voor het vak rekenen op de basisschool bestaat een leerlijn. Dat is een volgorde, waarin de basisschool in de verschillende groepen de onderdelen van rekenen aanbiedt. Onderdeel van die leerlijn is het bijvoorbeeld […]
Bekijk artikel
breukenposter

Zo gebruik je een breukenposter

Heb je wel eens gehoord van een breukenposter? In de bovenbouw van de basisschool krijgt je kind tijdens het rekenen breuken aangeleerd. Daar wordt soms een breukenposter bij gebruikt. Wat dat is en hoe het zit met breuken in de bovenbouw, […]
Bekijk artikel
jongen maakt opdrachten aan tafel in werkboek

Breuken groep 6: uitleg met video

Lees alles over breuken in groep 6 in dit artikel en help jouw kinderen met breuken oefenen. Breuken vormen een belangrijk onderdeel van rekenen in groep 6. Een breuk is eigenlijk een gebroken getal dat tussen 2 hele getallen in […]
Bekijk artikel
Kolomsgewijs rekenen

Kolomsgewijs rekenen

Op de basisschool leer je kolomsgewijs rekenen. Dat houdt in dat je, jawel, met kolommen rekent. Voor ouders is dit vaak een onbekende manier van rekenen.
Bekijk artikel

Producten

Vragen en antwoorden

Waarom is rekenen in groep 6 zo belangrijk?

De leerkracht van groep 6 besteedt veel aandacht aan rekenen om verschillende redenen.

Ten eerste is rekenen een van de onderdelen die belangrijk zijn bij de totstandkoming van het schooladvies. Dat lijkt in groep 6 nog ver weg, maar schijn bedriegt. Al in groep 7 krijgt je kind het eerste voorlopige advies.

Ten tweede is rekenen in groep 6 heel wat lastiger dan in de voorgaande jaren. Dit jaar krijgt je kind bijvoorbeeld voor het eerst te maken met breuken en verhoudingen. Er zijn heel wat uren nodig om deze nieuwe onderwerpen in te oefenen.

Waarom leert mijn kind leert anders rekenen dan ik vroeger?

Tegenwoordig leren kinderen niet alleen de rekenmethodes die je zelf vroeger hebt geleerd. Denk daarbij aan cijferen en hoofdrekenen. De leerkracht besteedt nu ook veel tijd aan het zogenoemde realistische rekenen.

Realistisch rekenen houdt in dat je kind niet alleen weet hóe het sommen moet oplossen, maar ook waaróm het zo moet. Je kind krijgt dus meer inzicht in wat het aan het doen is.

Zo leren veel kinderen nu de hapmethode bij deelsommen. Ook kolomsgewijs optellen en aftrekken komt vaker voor.

In ons artikel over realistisch rekenen lees je meer over deze rekenmethode.

Hoe kan ik mijn kind in groep 6 thuis helpen met rekenen?

Als je kind moeite heeft met rekenen, of last heeft van spanning bij de toetsen, kan het nodig zijn dat je je kind thuis extra ondersteunt. Let er altijd op dat je hier geen verplichting van maakt. Samen oefenen moet vooral leuk blijven.

De oefenboeken rekenen van Wijzer over de Basisschool zijn een handig uitgangspunt. Ze sluiten aan bij de belevingswereld van je kind én bij de Cito- of IEP-toetsen die je kind dit jaar krijgt.

Oefen samen dagelijks kort met het oefenboek. Begeleid je kind naar de goede antwoorden, maar laat het zo veel mogelijk zelf doen. Pas als je kind vastloopt, geef je een hint. Deze samenwerking zorgt voor succes én plezier.

Nieuwsgierig naar onze oefenboeken? Check direct de webshop!

Groep 6 rekenen: video met een overzicht

Bekijk de rekenen oefenen ‘Checklist voor ouders’ voor groep 6.

 

In groep 6 komen diverse rekenonderdelen aan bod. Met de meeste onderwerpen heeft je kind al kennisgemaakt in groep 5. Uiteraard worden de sommen in groep 6 moeilijker. Je kind gaat met grotere getallen werken en er wordt een begin gemaakt met breuken. Lees snel verder voor je gaat leren rekenen samen met je kind(eren).

Groep 6 rekenen: Getallen

Tellen, doortellen, terugtellen t/m 10.000. In groep 6 leert je kind vooruit tellen en terugtellen vanaf verschillende beginpunten met sprongen van 1, 10 en 100 en ook met andere sprongen, zoals 7.

Tellen met een sprong van 1: 7683 > 7684 > 7685 > 7686
Tellen met sprongen van 10: 3246 > 3256 > 3266> 3276
Tellen met sprongen van 100: 4273 > 4373 > 4473 > 4573
Tellen met andere sprongen, bijvoorbeeld met sprongen van 7: 9127 > 9134 > 9141 > 9148

rekenen groep6 school

Ook leert je kind terugtellen met bovengenoemde sprongen. Je kind kan de getallen verdelen in duizendtallen, honderdtallen, tientallen en eenheden (D + H + T + E). In groep 6 wordt gewerkt met een getallenlijn tot en met 11.000. Voorbeeldopgave rekenen groep 6:rekenen groep 6 getallenlijn

Tips:

Sommen tussen haakjes

Je kind leert ook dat de som tussen de haakjes voorrang heeft en dus als eerste moet worden uitgerekend. Bijvoorbeeld: (7 x 3) + (5 x 5) = 21 + 25 = 46 (8 x 2) + 6 x 7) = 16 + 42 = 58 (8 x 8) – (8 : 2) = 64 – 4 = 60

 

Diagonaal

Het begrip ‘diagonaal’ wordt geïntroduceerd. Een diagonaal is een schuine lijn die van bijvoorbeeld de linker onderhoek van een rechthoek of vierkant naar de rechter bovenhoek van dezelfde rechthoek of hetzelfde vierkant loopt. Bijvoorbeeld:

diagonaal

Sommen groep 6 over het duizendtal

In groep 6 gaat je kind bovendien rekenen over het duizendtal. Dit betekent dat de uitkomst van een som groter is dan 1000. Bijvoorbeeld: 700 + 500. Een som over het duizendtal kan ook beteken dat het eerste getal van de som groter is dan 1000 en de uitkomst kleiner is dan 1000. Ook hier wordt het duizendtal als het ware gepasseerd. Bijvoorbeeld: 1500 – 600.

In groep 6 komt ook het schattend rekenen aanbod. Zie voor meer informatie hierover het artikel ‘Redactiesommen groep 6.

Het rekenen met grote getallen wordt vaak cijferend of kolomsgewijs gedaan. Veel scholen kiezen voor het aanleren van kolomsgewijs optellen en  kolomsgewijs aftrekken omdat hiermee het inzicht wordt vergroot. Bij het kolomsgewijs rekenen wordt van links naar rechts gewerkt. Hieronder zie je een video met uitleg en een uitgewerkte voorbeeldsom.

Kolomsgewijs optellen:

voorbeeld kolomsgewijs optellen

Op de meeste scholen gaat de leerkracht na het kolomsgewijs over op het cijferend rekenen. Bij het cijferend rekenen werk je van rechts naar links. Wanneer de getallen nog groter worden, moeten er bij het kolomsgewijs rekenen veel tussenberekeningen worden gemaakt, wat de kans op fouten vergroot. Cijferend rekenen biedt dan meer zekerheid. Hieronder 2 video’s met uitleg over cijferend rekenen (optellen en aftrekken).

Cijferend optellen:

Cijferend aftrekken:

Rekenen groep 6: Vermenigvuldigen

In groep 6 worden de getallen bij onder elkaar vermenigvuldigen groter.

Rekenen groep 6 vermenigvuldigen voorbeeld kolomsgewijs vermenigvuldigen:

kolomsgewijs vermenigvuldigen

Ook bij vermenigvuldigen kan er gekozen worden voor cijferend vermenigvuldigen:

Verder komen de tafels van 20, 30, 40, 50, 60, 70, 80, 90 aan de orde.

Deelsommen oefenen groep 6

Ook de getallen waarmee je kind deelt, zijn groter. Een deelsom met grote getallen reken je uit met behulp van een staartdeling of met behulp van de hapmethode.

‘Hapmethode’

Bij de hapmethode neem je iedere keer een hap van het te delen getal. Deze hap haal je van het deeltal af en je neemt weer een hap van het overgebleven getal. Dit klinkt best ingewikkeld, maar het geeft je kind inzicht in de som. Het ziet wat het doet en met de hapmethode is het voor ieder kind mogelijk een moeilijke deelsom (een deelsom met grote getallen) te maken. De hapmethode maakt het mogelijk om in kleine en grote stappen en dus op verschillende niveaus de som op te lossen.

We beginnen met een makkelijke som: 72 : 6. Omdat er gedeeld gaat worden door 6, gaan we happen nemen van 6. Het is dus belangrijk dat de tafel van 6 goed geautomatiseerd is.

kolomsgewijs-vermenigvuldigen Dus: 72 : 6 = 12

Nu met een iets groter getal:

hapmethode

In groep 7 gaat er gedeeld worden met grote getallen (> 1000) en dan wordt het niveauverschil goed zichtbaar: de kinderen die het makkelijk vinden, zullen grotere happen nemen dan de kinderen die het lastig vinden. Maar.. dit is geen probleem, want een deelsom kan met behulp van de hapmethode op verschillende manieren worden opgelost! Voor de kinderen die moeite hebben met de hapmethode, is er altijd nog de staartdeling.

Rekenen groep 6: Staartdeling

  • Tip: Omdat de getallen waarmee gerekend wordt steeds groter worden, is het belangrijk dat de basis goed is. Oefen dagelijks even de tafels, het delen, optellen en aftrekken. Het hoeft niet lang en het hoeft niet moeilijk te zijn. Als je kind makkelijke sommen vlot kan uitrekenen, vergemakkelijkt dat het uitrekenen van moeilijkere sommen. (Wil je kind toch graag eens een moeilijke som proberen? Laat hem dan altijd papier gebruiken!)

Met maten leren rekenen groep 6: omtrek en oppervlakte

Sommige kinderen vinden het verschil tussen de omtrek en de oppervlakte best lastig. Je kunt dat verschil goed uitleggen door op een ruitjesblad een rechthoek te tekenen. De omtrek van de rechthoek kun je aanwijzen met een potlood. Je kunt erbij vertellen dat je er omheen gaat.

leren rekenen groep 6 hectometer

  • Tip: vindt je kind dit lastig? Ga dan naar een grasveld en loop met je kind de omtrek. Je loopt samen om het grasveld heen. Nu heeft je kind beleefd wat het is om een omtrek te lopen en onthoudt het deze informatie veel makkelijker dan wanneer je er alleen over vertelt.

Nu de oppervlakte: een oppervlakte kun je bedekken. Er kan iets op. Knip uit een (gekleurd) stuk papier een even grote rechthoek als je hebt getekend en leg deze op de getekende rechthoek.

meten groep 6

  • Tip: loop in de tuin de omtrek van jullie grasveld (of ergens anders) en leg daarna een groot laken op het grasveld. Het gras is nu bedekt met het laken. Dit is de oppervlakte. (Als je niet het hele grasveld kunt bedekken met het laken, maak dan een vierkant ter grootte van het laken op het gras met bijvoorbeeld een touw. Loop eerst de omtrek en bedek het daarna met het laken.)

De omtrek reken je uit door de lengte van alle zijden bij elkaar op te tellen: 2 x de lengte (L) + 2x de breedte (B). In sommige methodes leren de kinderen ook al hoe ze de oppervlakte uit moeten rekenen: de lengte keer de breedte. Er komt een 2 schuin boven de m (of de cm of de km, enzovoort). Dit betekent dat het om vierkante meters, centimeters, enzovoort gaat. Geen gewone centimeters, meters, enzovoort maar een centimeter in het vierkant.

  • Tip: als je kind al geleerd heeft hoe het de oppervlakte van iets kan berekenen, kun je ook de oppervlakte van zijn kamer uitrekenen. Dit maakt het net even iets realistischer dan werken uit een rekenboek.
  • Tip: teken op een blaadje met vierkante centimeters figuren die bestaan uit meerdere hokjes. Ieder hokje is een vierkante centimeter. Vraag aan je kind uit hoeveel vierkante centimeters de verschillende figuren bestaan.

Schaal

De kinderen leren op schaal te tekenen. Als iets op schaal is getekend, zegt dit iets over de verhouding met de werkelijkheid. Bijvoorbeeld: een schaal van 1 : 100 (spreek uit als 1 op 100) betekent dat iets in het echt 100 keer groter is dan op de kaart. Maar dit wil niet automatisch zeggen dat het over centimeters gaat! Het kan ook over millimeters, decimeters, meters, enzovoort gaan. Op de kaart of plattegrond staat altijd aangegeven met welke maat er gemeten moet worden.

Bijvoorbeeld: Schaal 1 : 100 en daarnaast een lijntje waarbij bijvoorbeeld staat 100 cm |<——->| à dit stukje op de kaart is in het echt 100 cm.

Tip: kijk op een kaart uit de omgeving wat de schaal is. Meet vervolgens op de kaart met een liniaal de afstand van bijvoorbeeld het winkelcentrum naar huis. Of van huis naar school. Hoe ver is dit in het echt?

Als er toevallig een schaalmodel van iets in huis is (bijvoorbeeld van een auto), kun je hier ook mooi mee oefenen! Hoe lang is 1 cm van het model in het echt?

Rekenopdrachten groep 6 met breuken

Een nieuw rekenonderdeel in groep 6 zijn de breuken. Om te kunnen rekenen met breuken in groep 6 is het belangrijk dat je kind goed kan vermenigvuldigen en delen. Bijvoorbeeld voor een som als: hoeveel kwarten gaan er in 1 hele (4 x een kwart). De volgende begrippen komen aan bod:

  • Een breuk is een deel van iets.
  • een half (de helft)
  • een kwart

Om voor je kind inzichtelijk te maken wat een breuk nu eigenlijk is, gaat het breuken kleuren. Bijvoorbeeld: kleur de helft van de cirkel blauw of kleur een kwart van de cirkel oranje. Je kind leert helen verdelen in breuken:

  • Een hele bestaat uit 2 helften > 2/2
  • Een hele bestaat uit 3 derden > 3/3
  • Een hele bestaat uit 4 kwarten > 4/4

Je kind leert ook breuken schrijven en uitspreken: een halve = ½ (1 van de 2 delen), een kwart = ¼ (1 van de 4 delen).

Noemer
Het getal onder de streep is de noemer en geeft aan in hoeveel stukjes iets is verdeeld. Bijvoorbeeld 2/4: de taart (of iets anders) is verdeeld in 4 stukken.

Teller
De 2 uit het voorbeeld geeft aan dat ik 2 van die 4 stukken taart krijg (lekker veel dus;-) ). Het getal boven de streep is de teller: je telt hoeveel stukken je krijgt.

Rekenoefeningen groep 6 met breuken

Er wordt gerekend met gelijknamige breuken. Dit betekent dat de breuken in een som dezelfde ‘naam’ (of noemer) hebben. Ze komen uit dezelfde ‘familie’.

Bijvoorbeeld: 1/6 + 2/6 of 3/5 – 1/5

Helen en breuken worden bij elkaar opgeteld.

Bijvoorbeeld: 7 + 2/3 of 6 – 3/5

Er worden sommen gemaakt met samengestelde gelijknamige breuken.

Bijvoorbeeld: 2 1/3 + 3 1/3 of 4 4/5 – 1 2/5 En ook: 3 3/5 + 4 4/5 en 7 ¼ – 1 2/4 (hierbij wordt ‘over’ de hele heengegaan)

Verder leert je kind vermenigvuldigen en delen met eenvoudige breuken.

Bijvoorbeeld: 6 x ½, 2 ½ x 1 1/2 , ¾ x ¼, ¾: 3 = ¼

Bij breuken is het belangrijk om te laten zien wat een breuk nu eigenlijk is en wat er gebeurt als je ermee rekent. Teken dus zoveel mogelijk! Als je een cirkel verdeelt in kwarten is het veel makkelijker te zien wat er bedoeld wordt met de som ¾ : 3 en zie je eigenlijk direct dat het antwoord ¼ is.

We gaan verder.. Je kind leert ook aanvullen tot helen: 2/5 + …. = 1, de helen eruit te halen: 2/3 + 2/3 = 1 1/3 en vereenvoudigen: 4/8 = 2/4 = ½

  • Tip: pizza’s, pannenkoeken en taarten zijn uitermate geschikt om breuken te oefenen 😉 . Verdeel de pizza bijvoorbeeld in 8 stukken. Geef iedereen van het gezin evenveel stukken. Hoeveel stukken heeft ieder? En hoe schrijf je dit op? Zijn er nog stukken over? Welk deel is nog over? Enzovoort. Dit kan natuurlijk ook met pannenkoeken of met een taart.

pizza punten

Hieronder een aantal voorbeelden van redactiesommen groep 6.

Sanne eet 6 aardbeien. Dit is een kwart van alle aardbeien in de doos. Hoeveel aardbeien zaten er eerst in de doos? …………………… aardbeien

Oma heeft 15 repen chocolade. 2/3 van de repen chocolade stopt ze in een kastje. Hoeveel repen chocolade stopt oma in een kastje? ………………… repen chocolade

Klokkijken groep 6

Je kind leert eerst digitaal klokkijken tot 12 uur en later tot 24 uur in uren, minuten en seconden: 16 : 45: 27. De begrippen AM en PM komen aan bod. AM is een Latijnse afkorting: Ante Meridiem en betekent ‘voor de middag’. PM staat voor Post Meridiem en betekent ‘na de middag’.

Bijvoorbeeld: 9:00 PM betekent 9:00 uur ’s avonds. Om de betekenis van de afkortingen AM en PM te onthouden, zijn er een aantal ezelsbruggetjes bedacht:

  • After Midnight (de uren na middernacht tot de middag) en Pre Midnight (de uren voor middernacht: van de middag tot middernacht);
  • Akelige Morgen en Prettige Middag;
  • De A van AM komt als eerste voor in het alfabet. AM komt dus eerst: de uren voor 12 uur ‘s middags. PM komt erna: de uren na 12 uur ‘s middags.

Rekenen groep 6 oefenen

Het voordeel van deze oefenboeken rekenen groep 6 is dat de sommen per somsoort worden aangeboden. Je kunt dus eerst een bepaalde som oefenen tot je kind die soort helemaal beheerst. In de oefenboeken worden per somsoort eerst de kale sommen aangeboden en daarna de verhaaltjessommen. Ook deze verhaaltjessommen komen veel voor in de Cito-toetsen en in de toetsen van de rekenmethodes op school.

Rekenen groep 6 oefenen (video)

Er is een rekenboek groep 6 voor de eerste helft van het schooljaar beschikbaar, afgestemd op de Cito-toets groep 6 rekenen in januari. Ook is er een oefenboek voor de tweede helft van het schooljaar, gericht op de Cito-toets rekenen groep 6 die in mei/juni wordt afgenomen. Bestel de oefenboeken rekenen.

Lees ook:

De informatie en werkbladen per groep bekijken?