Redactiesommen groep 3: lees dit voordat je samen met je kind gaat oefenen (+ PDF werkbladen)

Bij rekenen in groep 3 krijgen kinderen voor het eerst te maken met redactiesommen: de som wordt in 1 of meerdere zinnen weergegeven. Redactiesommen worden ook wel verhaaltjessommen genoemd. In dit artikel worden beide termen gebruikt.

Waarom zijn redactiesommen lastig voor veel kinderen?

Veel kinderen hebben moeite met het oplossen van verhaaltjessommen in groep 3. Hoe komt dat toch? Het antwoord op die vraag is dat kinderen veel verschillende vaardigheden nodig hebben voor het oplossen van dit soort sommen.

Vaardigheden als:

  • technisch lezen (je kind moet de som kunnen lezen)
  • begrijpend lezen (je kind moet de som kunnen begrijpen)
  • rekenen-wiskunde (je kind moet de som kunnen uitrekenen)
  • schrijven (je kind moet de som kunnen weergeven)

Je kind moet alle bovenstaande vaardigheden dus beheersen. Daarnaast heeft het vak rekenen ook diverse kennisgebieden.

Zo leert je kind:

  • getalbegrip, eerst tot 10, daarna tot 20 en eind groep 3 tot 100 (getalbegrip is: de juiste volgorde kennen, getallen op een getallenlijn kunnen plaatsen, weten wat meer en minder is et cetera)
  • getallen bewerken, eerst tot 10, daarna tot 20 (getallen bewerken is: optellen, aftrekken en later ook vermenigvuldigen en delen)

En bij het vak ‘rekenen-wiskunde’ horen ook:


Al deze vaardigheden en kennisgebieden komen terug in verhaaltjessommen. Dat maakt dat veel kinderen moeite hebben met het oplossen van dit soort sommen.

Redactiesommen begin groep 3

In groep 2 krijgt je kind voor het eerst verschillende vaardigheden en kennisgebieden aangereikt die het in groep 3 nodig heeft. Zo zal je kind bij de start van groep 3 al diverse rekenbegrippen goed begrijpen en er ook mee kunnen werken (erbij, eraf, hetzelfde, meer, minder enzovoort). Ook zal je kind in groep 2 geoefend hebben met begrijpend luisteren, de voorloper van begrijpend lezen.

Bekijk hier alle tussendoelen voor rekenen voor het primair onderwijs en lees wat een leerling per schooljaar leert. Lees ook meer over de overgang van groep 2 naar groep 3.

In groep 3 leert je kind nieuwe rekenbegrippen en leert het lezen. Bovendien wordt in het tweede half jaar begrijpend luisteren aangevuld met vaardigheden voor begrijpend lezen.

De redactiesommen worden begin groep 3 eerst aangeboden met behulp van plaatjes. De rekenmethode noemt deze sommen daarom ook wel plaatjessommen.

Redactiesommen groep 3 oefenen, niveau begin groep 3 (M3)

Tijdens het oefenen met plaatjessommen is je kind vooral bezig met getallen bewerken:

groep 3 rekensom ballonnen

Welk getal hoort op de lege ballonnen te staan?

verhaaltjessommen groep 3 gebakjes

In 1 doos passen 6 gebakjes. Hoeveel gebakjes zitten er in 2 dozen?

vier stiften

In 1 pakje zitten 4 stiften. Hoeveel stiften zitten er in 2 pakjes?

10 appels zak

In 1 zak zitten 10 appels. Hoeveel appels zitten er in 2 zakken?

3-ballonnen

Er zijn 8 ballonnen. Hoeveel zie je er niet?

8 ballonnen

Er zijn 14 ballonnen. Hoeveel zie je er niet?

vaas met bloemen

Er zitten 12 bloemen in het boeket. Hoeveel zie je er niet?

5-getekende-lolly's

In 1 zakje zitten 5 lolly’s. Milou koopt 3 zakjes met lolly’s. Hoeveel lolly’s zijn dat samen?

Plaatjessommen thuis oefenen

Deze plaatjessommen kun je ook thuis, in een dagelijkse situatie oefenen.

Bijvoorbeeld:

Je gezin bestaat uit 4 personen, je krijgt 2 gasten te eten. Hoeveel borden moeten er op tafel komen?

Of:

Je kind mag koekjes uitdelen aan de kinderen die aanwezig zijn. Hoeveel koekjes mag het op een schaaltje leggen om uit te delen? Nu krijgt elk kind 2 snoepjes. Hoeveel snoepjes mag je kind pakken om uit te delen?

Of:

Je kind mag bloemen plukken. Je wilt 3 bosjes van elk 6 bloemen. Hoeveel bloemen moet het plukken?

Bussommen

Voor kinderen in groep 3 zijn de rekentekens vaak nog een abstract gegeven. Om tekens als + ,  –  en = te leren, worden zogenaamde bussommen gebruikt. Bussommen zijn ook plaatjessommen en visualiseren hoe erbij (plus) en eraf (min) eruitzien.

De rekenmethode laat een bus zien waar mensen in zitten (de chauffeur staat niet op de afbeelding, die hoeft dus niet meegeteld te worden). De plaatjessommen gebruiken de termen: instappen en uitstappen. Deze staan dus voor erbij en eraf, vaak staat het rekenteken (+ of -) er ook bij. Later wordt het =-teken daaraan toegevoegd.

voorbeeld bussommen

Redactiesommen eind groep 3

Vanaf januari werkt je kind toe naar E3-niveau. Het kan dan eenvoudige teksten lezen. Het kunnen lezen van eenvoudige teksten gaat vaak gepaard met het behalen van de AVI M3 op beheersings- of instructieniveau. Je kind moet de diverse rekentermen juist kunnen interpreteren: samen, kortere weg, hoeveel erbij?

Het niveau van E3 redactiesommen is een stuk moeilijker dan de plaatjessommen die de kinderen begin groep 3 aangeboden krijgen. Je kind moet de ‘kale som’ uit het verhaaltje weten te halen. De taal die Cito hierbij gebruikt, is wel zo kort en functioneel mogelijk.

M3 staat voor ‘medio groep 3’ (midden groep 3) en E3 staat voor ‘eind groep 3’.

De taal die Cito in de redactiesommen gebruikt, is zo kort en functioneel mogelijk. Zo wordt voorkomen dat kinderen vastlopen op taal bij een rekenonderdeel. Toch zijn voor veel kinderen redactiesommen lastig. Dat is bijvoorbeeld het geval als een kind nog niet goed genoeg kan lezen, als een kind de Nederlandse taal nog niet goed beheerst of wanneer een kind de rekenbegrippen niet goed genoeg kent.

Met andere woorden: wanneer je merkt dat dit soort sommen problemen opleveren, kun je proberen te achterhalen wat het probleem is. Vaak kan de leerkracht je daarbij helpen.

Redactiesommen groep 3 oefenen, niveau eind groep 3 (E3)

Voorbeeld:

Terence fiets 7 kilometer naar het zwembad. Op de terugweg neemt hij een kortere weg van 5 kilometer. Hoeveel kilometer fiets hij?

  • De kale som in dit verhaaltje is: 7 + 5 = 12 kilometer

Voorbeeld:

Amber heeft 8 snoepjes. Hanneke heeft er 5 minder. Hoeveel snoepjes heeft Hanneke?

  • De kale som in dit verhaaltje is: 8 – 5 = 3 snoepjes

Voorbeeld:

Een huis heeft 3 slaapkamers. In elke slaapkamer kunnen 2 mensen slapen. Hoeveel mensen kunnen er in het huis slapen?

  • De kale som in dit verhaaltje is: 2 + 2 + 2 of 3 x 2 = 6 mensen

Voorbeeld:

Mika geeft 4 munten van 1 euro aan een goed doel. Hoeveel euro geeft hij?

  • De kale som in dit verhaaltje is: 4 x 1 = 4 euro (of 1 + 1 + 1 + 1 = 4)

Voorbeeld:

Mirjam heeft 6 euro en koopt van al haar geld spelletjes. De spelletjes kosten 3 euro per stuk. Hoeveel spelletjes kan zij kopen?

  • De kale som in dit verhaaltje is: 6 : 3 = 2 spelletjes (of 3 + 3 = 6, dus 2 spelletjes kunnen er gekocht worden)

Voorbeeld:

Karlijn logeert 1 week bij haar vriendin. Hoeveel nachten slaapt zij niet thuis?

  • De kale som in dit verhaal is: 1 week heeft 7 nachten, dus 7 nachten slaapt zij niet in haar eigen bed.


Hier kun je met werkbladen redactiesommen oefenen.

Hoe zien Cito redactiesommen groep 3 eruit?

De eerste helft van het schooljaar wordt in januari/februari afgesloten met de M3 Cito-toets. De schoolperiode vanaf januari tot en met juni wordt in mei/juni afgesloten met de E3 Cito-toets.

De M3 Cito-toets rekenen-wiskunde bevat bijna alleen maar plaatjessommen. Dit komt omdat de meeste kinderen in deze fase vooral nog hun energie nodig hebben om de letters om te zetten in klanken en woorden. Ze zijn nog niet bezig met het begrijpen van wat ze lezen (zie ‘Redactiesommen groep 3 oefenen, niveau begin groep 3 (M3)’).

In de E3 Cito-toets staan vooral verhaaltjes die vergelijkbaar zijn met de voorbeeldsommen in dit artikel (zie ‘Redactiesommen groep 3 oefenen, niveau eind groep 3 (E3)’).

Oefenen voor de Cito-toets

Veel kinderen moeten wennen aan de vraagstelling van de Cito-toets. Daardoor scoren ze soms lager dan op de methodegebonden rekentoetsen. Regelmatig oefenen helpt kinderen om steeds gemakkelijker de ‘kale som’ uit het verhaal te halen.

Wil je je kind daarbij helpen? Bespreek dan met je kind het volgende stappenplan:

  • Maak tijdens het lezen van de som het verhaaltje in je hoofd (visualiseren).
  • Wat is de vraag? Kijk goed welke vraag precies wordt gesteld en wat voor antwoord daarbij hoort. In het verhaaltje gaat het bijvoorbeeld over weken, maar de toets wil het aantal dagen als antwoord.
  • Maak zo nodig een tekening van het verhaaltje (visualiseren).
  • Haal de ‘kale’ som uit het verhaal.

Je kunt dit eerst een paar keer zelf doen, dat heet ‘modeling’. Je leest dus de verhaaltjessom hardop. Tijdens en na het lezen stel je jezelf hardop vragen, zodat je kind hoort hoe jouw denkstappen zijn. Met behulp van deze denkstappen los je de som op.

Cito heeft in de verhaaltjessommen een aantal vaste onderwerpen. Die komen altijd terug in de E3-toets.

De verschillende kennisgebieden

Deze onderwerpen matchen met de kennisgebieden die het vak rekenen-wiskunde heeft. Dat zijn:

  • getalbegrip (getalbegrip is: de juiste volgorde kennen, getallen op een getallenlijn kunnen plaatsen, weten wat meer en minder is etcetera)
  • getallen bewerken (getallen bewerken is: optellen, aftrekken en later ook vermenigvuldigen en delen)
  • meten en meetkunde
  • klokkijken
  • rekenen met geld

Verhaaltjessommen groep 3 getalbegrip

Voorbeeld:

Wat is het meest? 12, 21, 14, 19

Of:

Wat is het grootste getal? 89, 73, 13, 45

Of:

Welk getal komt er na 78?

Of:

De huisnummers in de straat gaan van 2 naar 4, 6, 8, 10,12. Welk nummer komt na huisnummer 18?

Verhaaltjessommen groep 3 getallen bewerken

Voorbeeld:

Op de dansclub van Sanne zitten 19 kinderen. 3 jongens en … meisjes?

Of:

Bij de training zijn 7 honden. Er komen nog 6 honden bij. Hoeveel honden gaan naar de training?

Of:

Zivah en Joshua verdelen 14 snoepjes eerlijk. Hoeveel krijgt ieder?

Of:

Roos heeft 16 planten om in haar tuin te zetten. Ze heeft er al 5 geplant. Hoeveel moet ze er nog planten?

Verhaaltjessommen groep 3 meten

Voorbeeld:

Juul heeft een spaarkaart. Daarop moet ze 20 zegels plakken. Juul heeft er al 11. Hoeveel zegels moet zij nog plakken om de kaart vol te krijgen?

Of:

Bo heeft voor 1 glas limonade 1 dopje siroop nodig. Hoeveel dopjes siroop heeft Bo nodig als ze 8 glazen limonade wil maken?

Of:

Iris kijkt op de thermometer en ziet dat het 17 graden is. ‘s Middags is het 3 graden warmer. Hoeveel graden is het dan?

Of:

Hoeveel tegels passen in deze tuin?

verhaaltjessom-groep-3-tuin

Verhaaltjessommen groep 3 klok

Voorbeeld:

Lizette ziet op de klok dat het 2 uur is. Nog 1 uur wachten en dan gaat ze naar een feest. Hoe laat gaat ze naar het feest?

Of:

Het is half 9 op de klok. Over drie uur is het … .

Of:

Kijk naar het plaatje van de klok. Hoe laat is het?

verhaaltjessommen groep 3 klok

Of:

Op welke klok is het 5 uur? Zet een kruisje bij de goede klok.

verhaaltjessom 6 klokken voorbeeld

Verhaaltjessommen groep 3 geld

Voorbeeld:

Een armbandje kost 3 euro. Marieke koopt er 4. Hoeveel moet ze betalen?

Of:

Mientje geeft 4 munten van 20 cent aan het dierenasiel. Hoeveel cent heeft zij gegeven?

Of:

Delano koopt een paar schoenen voor 7 euro. Hij koop ook een broek van 6 euro. Hoeveel moet hij betalen?

Of:

Lennard heeft 6 biljetten van 10 euro gespaard. Hoeveel euro heeft hij?

Samenvatting

Gebruik voor verhaaltjessommen de volgende tips:

  • Speel het verhaal in je hoofd af tijdens het lezen van de som.
  • Denk goed na over de vraag. Kijk wat de toets als antwoord wil hebben. In het verhaal gaat het bijvoorbeeld over weken, maar de toets wil het aantal dagen als antwoord.
  • Maak zo nodig een tekening van het verhaaltje (visualiseren).
  • Haal de ‘kale’ som uit het verhaal.

Je kunt bovenstaande stappen het best eerst een paar keer voordoen. Dat heet modeling. Je leest dus de verhaaltjessom hardop. Tijdens en na het lezen stel je jezelf hardop vragen zodat je kind hoort hoe jouw denkstappen zijn. Met behulp van deze denkstappen los je in deelstappen de som op.

Kinderen hebben verschillende vaardigheden nodig bij het oplossen van verhaaltjessommen:

  • technisch lezen (je kind moet de som kunnen lezen)
  • begrijpend lezen (je kind moet de som kunnen begrijpen)
  • rekenen-wiskunde (je kind moet de som kunnen uitrekenen)
  • schrijven (je kind moet de som kunnen weergeven)

De verhaaltjessommen van de Cito E3-toets hebben onderwerpen die matchen met de kennisgebieden die het vak rekenen-wiskunde heeft. De kennisgebieden zijn:

  • getalbegrip
  • getallen bewerken
  • meten en meetkunde
  • klokkijken en
  • rekenen met geld

Bekijk ook: Redactiesommen, hoe kun je als ouder je kind helpen?

Bekijk ook:

Oefenbladen Groep 3 Rekenen (Gratis)

Carola de Koning, BEd

Carola heeft ervaring opgedaan als bijlesjuf, kindercoach en als leerkracht in het basisonderwijs

Gerelateerde artikelen

Reacties

3 reacties op “Redactiesommen groep 3: lees dit voordat je samen met je kind gaat oefenen (+ PDF werkbladen)”
  1. Ik ben het met de reactie van Merea eens. Ik vind het echt niet kunnen om kinderen die pas beginnen met lezen en rekenen dit soort sommen aan te bieden tijdens de toets. Dit is niet op hun eigen niveau en werkt zeer ontmoedigend. In de klas wordt dit niet eens aangeboden en alleen enkele ouders oefenen dit met hun kind. Maar zelfs dan is dit niet voor kinderen van 6 a 7 jaar, tenzij je kind hoogbegaafd is. Normale kinderen voelen zich hierdoor dom. Mijn kind kan al vlot lezen, goed begrijpend lezen en vrij vlot rekenen, maar dit is nog even paar niveaus hoger. Mijn kind vroeg: “Mama, waarom mag ik niet gewoon rekenen?”. En volgens mij heeft ze gelijk. Dit soort sommen kreeg ik op het VWO bij natuurkunde (het moeilijkste vak dat ik had). Ik vind het niet vreemd dat kinderen steeds meer ontmoedigd zijn om te leren en steeds slechter kunnen lezen en rekenen. Deze toetsen behandelen niet de leerstof (zoals dat in andere Europese landen wel het geval is) en de meeste ouders weten dit niet eens. Als ze dat al merken, worden ze gesust door professionals die het nogmaals uitleggen en niet ingaan op het werkelijke probleem: de toets die niet past bij de leerstof en de leeftijd van de leerling. Zo’n toets werkt ONTMOEDIGEND, niet allen voor de leerlingen maar ook voor de ouders, merk ik.

  2. Ik merk dat veel kinderen redactiesommen in groep 3 niet goed begrijpen. Bijv. plaatjessommen E3 delen en vermenigvuldigen. Delen en vermenigvuldigen wordt immers te weinig in groep 3 behandeld. De nadruk ligt toch meer op erbij, eraf, getalstructuren etc. Verder vind ik de E3 plaatjessommen te talig, ook in jullie oefenboeken worden er op E3 niveau veels te moeilijke woorden gebruikt voor kinderen die immers nog heel erg bezig zijn met technisch lezen. Het is voor veel kinderen te ingewikkeld en ik merk ook dat de school zelf te weinig aandacht besteedt aan het uitleggen van delen, vermenigvuldigen en plaatjessommen opbreken in stukjes. Zou het niet beter zijn om dit aan te bieden pas op het moment dat het kind eerst de kale delen sommen en vermenigvuldig sommen heeft gehad en goed begrijpt.

    • Beste Merea,
      In groep 3 komen eenvoudige deel- en keersommen inderdaad aan bod. De sommen kunnen worden uitgerekend door herhaald optellen of aftrekken. De verhaalsommen worden in groep 3 door de leerkracht voorgelezen. In onze oefenboeken worden per onderdeel eerst kale sommen geoefend en het geoefende wordt dan in verhaalsommen toegepast. Het is de bedoeling dat je de verhaalsommen aan je kind voorleest.

      Hartelijke groet,


      Carola

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *