Hoe je jouw kind kunt helpen met ‘Tempotoetsen’
Zodra je kind op de basisschool zit, krijgt het te maken met: ‘presteren binnen een bepaalde tijd’ in de zogenaamde ‘tempotoets’. Dit is bijvoorbeeld het geval tijdens het maken van een Cito toets. Om met ‘presteren binnen een bepaalde tijd’ om te leren gaan, krijgen kinderen vanaf groep 3 tempotoetsen aangereikt.
Soms worden de tempotoetsen aangeboden via de reken- of leesmethode van school. Deze toetsen noem je methodegebonden toetsen. En soms worden de toetsen aangereikt via niet-methodegebonden toetsen. Voorbeelden hiervan zijn:
- De tempotoets automatiseren (TTA) ;
- DMT (drie minuten (woorden)toets);
- De Grafementoets.
Observeer samen met de leerkracht hoe je kind op tempotoetsen reageert. Deze manier van toetsen kan door een aantal kinderen namelijk als (te) stressvol ervaren worden, waardoor een kind tijdens het toets moment niet kan laten zien wat het kan.
Waarom is het belangrijk om het tempo te meten waarop kinderen bijvoorbeeld sommen kunnen maken? Omdat het tempo waarin een kind sommen kan maken iets zegt over de mate waarop het de lesstof heeft geautomatiseerd of zelfs gememoriseerd.
- automatiseren = snel kunnen rekenen, eventueel met tussenstapjes;
- memoriseren = je kind kan snel het goede antwoord geven zonder tussen-denk-stappen te maken.
Zie dit artikel voor een uitgebreide uitleg over automatiseren en memoriseren en het belang van automatiseren.
Tempo rekenen
Waarom is het zo belangrijk om op een vlot tempo te kunnen rekenen? Daar zijn verschillende redenen voor. Een belangrijke reden is dat wanneer je kind de basis rekenvaardigheden geautomatiseerd heeft, zijn werkgeheugen minder belast wordt.
In de bovenbouw van de basisschool worden de sommen complexer, je kind moet meerdere tussenstappen maken om een som op te lossen. Zodra je kind deze tussenstappen snel (en goed) kan uitrekenen, zal het maken van de totale som niet meer tijd beslaan dan dat er voor vastgesteld is.
Ook draagt vlot kunnen rekenen bij aan plezier in rekenen. Vlot leren rekenen (automatiseren) komt na:
snappen wat je doet en waarom je het zo moet doen (inzicht hebben)
Tempotoets rekenen
De tempotoets rekenen (TTR) meet in hoeverre de rekenvaardigheden optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen geautomatiseerd zijn. Voor kinderen uit groep 3 geldt de meting alleen nog voor plus en min sommen. Vanaf groep 4 worden kinderen op alle vier vaardigheden getoetst.
De TTR is de voorloper van de nieuwere TTA (tempotoets automatiseren) die dezelfde rekenvaardigheden toetst. Voor kinderen uit groep 3 en 4 geldt de meting alleen voor plus en min sommen. Vanaf groep 5 worden kinderen op alle vier vaardigheden getoetst. Deze nieuwe versie (TTA) wordt vaak pas ingezet wanneer een leerling de toets “Schoolvaardigheidstoets hoofdrekenen” niet naar verwachting heeft gemaakt.
Na afname van de TTR of de TTA kan de leerkracht analyseren hoe een leerling scoort ten opzichte van een gemiddelde leerling en of de leerling groeit ten opzichte van zijn vorige (persoonlijke) score. In het onderwijs wordt dit niveaubepaling genoemd. Een leerkracht of remedial teacher kan deze toets ook inzetten als signaleringsinstrument. Na analyse kan men vaststellen of er sprake is van een achterstand en welke hiaten er zijn.
Tempotoetsen groep 3
Hoe kun je je kind helpen om de tempotoetsen zo goed mogelijk te maken? Door onderstaande vaardigheden zo vaak te oefenen dat het uitrekenen van de sommen of het snel opnoemen van de letters voor je kind een automatisme wordt.
Lettertoets
Een goede score op de lettertoets behaalt je kind wanneer het de geleerde letters snel en goed kan benoemen (verklanken). Vraag welke letters er in de klas worden geleerd en maak daar letterkaartjes van, of download de letterkaartjes hieronder. Een letterkaartje is zo groot als een kwartetkaartje met daarop één letter geschreven als ‘kleine’ letter (dus geen hoofdletters). De letters spreek je uit als leesletter (b = “buh” en m = mmm (zoals wanneer je iets lekker vindt)). De leerkracht kan je precies vertellen wat de juiste uitspraak is. Het spel is:
alle kaartjes dagelijks één of twee keer laten zien waarna je kind zo snel als mogelijk zegt welke letter er op het kaartje staat
Ook de leerkracht heeft deze activiteit op haar rooster staan, het wordt dan ‘letters flitsen’ genoemd. Letters flitsen draagt bij aan het leren lezen. Oh ja…. Denk ook aan de twee teken klanken zoals ui, ou, eu, ee en bijvoorbeeld uu!
LET OP! In groep 3 leren de kinderen de letters y, q, c en x nog niet, deze kaartjes mag je er voor je kind in groep 3 tussen eruit laten.
Woordentoets
Ditzelfde kun je doen met kaartjes waarop woordjes staan die je kind in de klas leert. Dit wordt ook wel ‘woorden flitsen‘ genoemd en draagt bij aan directe woordherkenning en aan vlot leren lezen. Om vlot te leren lezen heeft een kind directe woordherkenning nodig. De leerkracht heeft ook deze activiteit op haar rooster staan.
Rekentoets
Kinderen leren in groep 3 plus- en min-sommen, erbij (plus) en eraf (min). Eerst tot 5 en dan tot 10. In de tweede helft van groep 3 gaan de sommen tot 20. Eerst nog zonder overschrijding van het tiental en vervolgens met overschrijding van het tiental. Om deze sommen vlot te kunnen maken, leert je kind verschillende manieren om een som uit te rekenen, dat noem je de strategieën. Deze verschillende strategieën zijn heel belangrijke basisvaardigheden waarop in de hogere groepen voortgebouwd wordt, het is dus belangrijk dat kinderen tijdens het oefenen van deze strategieën een automatisme opbouwen.
De volgende strategieën krijgen kinderen in groep 3 aangeleerd om de sommen (tot 20) op te lossen:
Tempotoetsen groep 4
Kinderen die in groep 4 zitten kunnen de oefeningen die beschreven staan bij rekentoets groep 3 vaak nog goed gebruiken. Misschien dat bijvoorbeeld letters flitsen niet meer nodig is, maar als je merkt dat sommige letters of twee teken klanken nog niet gemakkelijk herkend worden dan kan je kind nog blijven oefenen met letters flitsen. Probeer er een leuk spelmoment van te maken zodat het oefenen een gezellig moment is en blijft.
Woordentoets
Net als in groep 3 wordt in groep 4 ook de directe woordherkenning getoetst. Moeilijkere woorden zoals woorden met meerdere lettergrepen of een lastige klankgroep (denk aan –orst of –ing) of woorden met een klinker aan het eind van een lettergreep (denk aan: bro-den of ra-men) of ei/ij woorden. Vaak krijgen kinderen van school rijtjes woorden mee naar huis om te oefenen. Probeer er een spelletje van te maken zodat het oefenen leuk blijft. Denk bijvoorbeeld eens aan de variant ‘Vind de fout’:
je leest het rijtje met woorden zelf en maakt af en toe een fout die je kind moet ‘opsporen’
Of ‘Wie is het ‘snelst’?’:
om de beurt lees je een zelfde rijtje, de stopwatch laat zien wie het snelst is (gun je kind hierbij succeservaringen)
Rekentoets
In groep 4 wordt opnieuw getoetst in hoeverre de plus- en minsommen geautomatiseerd zijn. De toets begint met makkelijke sommen (tot 5) maar al snel worden ze moeilijker (tot 20) totdat de toets sommen tot 100 aanbiedt. Rond november van het vierde leerjaar starten de sommen tot 100, nadat deze al verkend zijn met behulp van sommen met tientallen. Bijvoorbeeld:
30 + 20 = 50 of 80 – 20 = 60
Ook bij dit soort sommen kun je als ouder meehelpen om de sommen te automatiseren. Bijvoorbeeld tijdens het tafel dekken of een autoritje kun je een som noemen en je kind geeft zo snel als mogelijk het antwoord.
Ook leren kinderen de keertafels. De leerkracht wil ook van de keertafels weten in hoeverre je kind deze sommen geautomatiseerd heeft. Dit toetst de leerkracht met behulp van methode-gebonden toetsen en/of zelf gemaakte toetsen. Natuurlijk worden alleen de tafels gevraagd die je kind al heeft geleerd.
Er zijn veel spelletjes om dagelijks de tafels te herhalen. Want, voor het geval het nog niet duidelijk is 😉 :
herhaling is nodig om lesstof te kunnen automatiseren
Tempotoetsen groep 5
Kinderen die in groep 5 zitten kunnen de oefeningen die beschreven staan bij rekentoets groep 3 vaak óók nog goed gebruiken. Probeer er een leuk spelmoment van te maken zodat het oefenen een gezellig moment is / blijft.
Woordentoets
Net als in groep 4 wordt in groep 5 ook de directe woordherkenning getoetst. Moeilijkere woorden zoals woorden met meerdere lettergrepen (verscholen, regendruppel) of woorden met be- of ge- (bezwaar, gewoonte) moet een kind beheersen wil het een hogere score op de woordentoets kunnen behalen.
Vaak krijgen kinderen van school rijtjes woorden mee naar huis om te oefenen. Probeer er een spelletje van te maken zodat het oefenen leuk blijft. Denk bijvoorbeeld eens aan de variant ‘Om de beurt een woord’:
om de beurt een woord lezen uit het rijtje zonder te haperen en dat zo snel mogelijk
Rekentoets
In groep 5 wordt opnieuw een tempo toets automatiseren (TTA) aangeboden. Getoetst wordt in hoeverre de plus, min, keer en deelsommen geautomatiseerd zijn. Weinig kinderen hebben begin groep 5 alle tafels al geautomatiseerd. Dat is ook nog niet perse nodig, aan het eind van groep 5 zouden deze sommen wel geautomatiseerd moeten zijn. Keertafels worden in heel veel sommen gebruikt, niet alleen in groep 5 maar zeker ook in groep 6, 7 en 8!
Extra tijd nemen om tafels te oefenen geeft op langere termijn zeker een positief effect! Geef de moed niet snel op en zoek naar leuke spelvarianten 😉 en trek extra tijd uit voor de tafel van 7 en 8!!
De TTA (tempo toets automatiseren) biedt een hele bladzijde keersommen aan. Een kind krijgt twee minuten de tijd om zoveel mogelijk sommen te maken.
Tempotoetsen groep 6
Om in te kunnen schatten hoe je je kind het best kunt helpen bij ‘op niveau kunnen presteren tijdens een tempotoets’ en dus bij het automatiseren van de lesstof, is het raadzaam om samen met de leerkracht vast te stellen waar nog extra oefening nodig is.
Woordentoets
Ook in groep 6 wordt directe woordherkenning getoetst. Maar in deze groep krijgen kinderen zelden meer leesrijtjes mee naar huis om deze zo snel als mogelijk te leren lezen. Vaak zijn de woorden die via de spelling-methode worden aangereikt ook de woorden die vlot gelezen moeten kunnen worden. Bijvoorbeeld woorden met een c (cement, cel e.d.) of verkleinwoorden (balletje, riempje e.d.) moet een kind beheersen wil het een hogere score op de woordentoets kunnen behalen.
Tip: wanneer kinderen de betekenis van het woord kennen, kunnen zij het woord ook gemakkelijker (vlotter) lezen. Het loont om te checken of de woordenschat op niveau is.
Rekentoets
In groep 6 worden kinderen getoetst op hoofdrekenen. Als een kind daar onvoldoende op scoort toetst de leerkracht in hoeverre de plus, min, keer en deelsommen geautomatiseerd zijn met behulp van de TTA. In dit leerjaar wordt verder gewerkt met deeltafels waarvan de basis in eind groep 5 gelegd wordt. Zoals bij alle sommen; check of je kind ook inzicht heeft in hoe delen tot stand komt en of hij de relatie doorziet met de keersommen.
Neem extra tijd om de deeltafels te oefenen, dat geeft op langere termijn zeker een positief effect! Geef de moed niet snel op en zoek naar leuke spelvarianten😉. Weet:
ook al is het maar 5 minuten per dag, elk oefenmoment werpt op een gegeven moment zijn vruchten af
Tempotoetsen groep 7 en 8
Vraag aan de leerkracht bij welk onderdeel van de tempotoetsen jouw kind nog extra hulp nodig heeft. In groep 7 en 8 wordt tijdens Cito toetsen de nadruk gelegd op ‘op tijd werken’. Dit is een voorbereiding op de toetsen en examens in het voortgezet onderwijs. Het is een kwestie van aanvoelen hoe je je kind hierop voorbereidt zonder dat de (negatieve) stress de overhand krijgt.
Woordentoets
In groep 7 en 8 wordt directe woordherkenning getoetst bij kinderen die nog niet avi-uit zijn. Analyse kan soms uitwijzen dat je kind moeite heeft met een bepaald soort categorie woorden. Deze kun je oefenen zodat je kind een volgend toetsmoment hierop niet meer struikelt. Bespreek dit met de leerkracht van je kind.
Rekentoets
Voor kinderen in groep 7 verandert er niet veel ten opzichte van het leerjaar groep 6. Neem tijd om de keer- en deeltafels te oefenen, dat geeft zeker een positief effect! Geef de moed niet snel op en zoek naar leuke spelvarianten 😉.
Tempotoets tafels
Vanaf groep 4 starten kinderen met het leren automatiseren van de keertafels, vanaf groep 6 (sommige rekenmethodes al eind groep 5) de deeltafels. Voor de leerkracht is het belangrijk om te weten in hoeverre je kind deze sommen geautomatiseerd heeft. De TTA (tempo toets automatiseren) biedt de keer- en deelsommen aan, ieder op een A4’tje. Een kind krijgt twee minuten de tijd om zoveel mogelijk sommen te maken. Door de toetsscore te analyseren weet de leerkracht waar je kind nog extra aandacht nodig heeft om goed voorbereid naar een volgend leerjaar over te gaan. Richtlijn:
aan het eind van groep 5 zouden de tafels van 0 t/m 10 geautomatiseerd moeten zijn
Herhaling is nodig om lesstof te kunnen automatiseren vervolgens zal je kind hoog kunnen scoren op de toets.
MAAK ER EEN SPELLETJE VAN 😉… SUCCES!!
Hoeveel sommen moet een kind kunnen maken van rekenen tot 20 erbij en eraf maken in 1 minuut in groep 4?
Beste Chan, dit kun je het beste aan de leerkracht van je zoon of dochter vragen. Wij hebben de normering niet.
Hartelijke groet,
Carola
wat leuk