Video Poster

Werkwoordspelling d of t – voorkom deze veelgemaakte fout

Leer hoe je ontdekt of ‘je’ het onderwerp van de zin is en welke werkwoordspelling je dan gebruikt. Deze uitleg helpt je om fouten met ’t’ en ‘d’ te voorkomen. In de video hierboven zie je duidelijke voorbeelden en handige […] Lees verder
  • 5:40 min.
  • 25 weergaven
Werkwoordspelling oefenen en spelend leren

[NIEUW] Werkwoordspelling Compleet – met Videobijles en Kwartet Werkwoordspelling

Hoofdletters en Leestekens oefenen

[NIEUW] Hoofdletters en Leestekens – Videobijles en oefenboekje

Download gerelateerde oefenbladen

Oefenblad

Werkbladen Spelling Groep 7 (Gratis)

Gratis oefenbladen werkwoordspelling groep 7 8
Oefenblad

Werkbladen Werkwoordspelling Groep 7/8 (Gratis)

Oefenbladen Spelling Groep 8
Oefenblad

Werkbladen Spelling Groep 8 (Gratis)

Veelgestelde vragen over de videobijles

Hoe weet ik of de uitleg in de videobijlessen aansluit bij school?

Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.

Waar kan ik de volledige videobijles bestellen?

Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.

Is alleen een videobijles genoeg of heeft mijn kind ook oefenmateriaal nodig?

De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.

Kan mijn kind de videobijles in zijn eigen tempo volgen?

Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.

Hoe werkt de betaling en zit ik ergens aan vast?

Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.

Leer hoe je ontdekt of ‘je’ het onderwerp van de zin is en welke werkwoordspelling je dan gebruikt. Deze uitleg helpt je om fouten met ’t’ en ‘d’ te voorkomen.

In de video hierboven zie je duidelijke voorbeelden en handige trucjes.

Herhaalregel: jij + persoonsvorm = ik-vorm + t

Als ‘jij’ vóór de persoonsvorm staat, gebruik je de ik-vorm + t.

Voorbeelden:

  • jij kookt
  • jij fietst
  • jij maakt
  • jij wordt

Vraagzin: persoonsvorm + jij = alleen de ik-vorm

Staat ‘jij’ achter de persoonsvorm, zoals in een vraagzin? Dan schrijf je alleen de ik-vorm.

Voorbeelden:

  • kook jij?
  • fiets jij?
  • maak jij?
  • word jij?

Maar wat als er ‘je’ staat?

Dan wordt het iets lastiger. Je moet goed kijken of ‘je’ het hele onderwerp is, of dat er nog iets bij hoort.

Bijvoorbeeld:

1. Kook je vanavond voor de hele familie?

2. Kookt je broer vanavond voor de hele familie?

In zin 1 is ‘je’ het onderwerp, dus je schrijft alleen de ik-vorm: kook.

In zin 2 is ‘je broer’ het onderwerp. En dat is ‘hij’, dus dan gebruik je ik-vorm + t: kookt.

Slim trucje: kun je ‘je’ vervangen door ‘jij’?

Als je ‘je’ kunt vervangen door ‘jij’ en de zin klopt nog steeds, dan is ‘je’ het onderwerp.

Voorbeeld:

  • Kook jij vanavond voor de hele familie? ✅
  • Kookt jij broer vanavond voor de hele familie? ❌

Dus: je = jij → alleen de ik-vorm

je ≠ jij → ik-vorm + t

Lastige werkwoorden met een ‘d’

Soms hoor je niet of er een ’t’ bij moet, zoals bij het werkwoord ‘rijden’.

Voorbeeldzin: Rijdt je nichtje graag op haar nieuwe fiets?

Het onderwerp is ‘je nichtje’, dat is ‘zij’. Dan gebruik je ik-vorm + t.

De ik-vorm is ‘rijd’, dus met een ‘d’. Daar komt nog een ’t’ bij: rijdt.

Twijfel je? Vervang het werkwoord door eentje die duidelijker klinkt, zoals ‘fietsen’: Fietst je nichtje…? Dan hoor je de ’t’ wél duidelijk.

Oefenen met persoonsvormen en ‘je’

In de video leer je met voorbeelden en trucjes hoe je de persoonsvorm goed schrijft als er ‘je’ in de zin staat.

Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het oefenpakket met videobijles en opdrachten.

Oefenpakket werkwoordspelling