Video Poster

De persoonsvorm vinden in een tekst

Ontdek drie handige manieren waarmee je elke persoonsvorm snel herkent. Wil je weten wat een persoonsvorm is en hoe je die makkelijk vindt in een zin? De video hierboven laat het stap voor stap zien. Wat is een persoonsvorm? Een […]
Lees verder
  • 9:45 min.
  • 62K weergaven
Werkwoordspelling oefenen en spelend leren

[NIEUW] Werkwoordspelling Compleet – met Videobijles en Kwartet Werkwoordspelling

Download gerelateerde oefenbladen

gratis oefenbladen klokkijken groep 4_5
Oefenblad

Oefenbladen Klokkijken Groep 4/5 (Gratis)

werkbladen groep 5
Oefenblad

Oefenbladen Rekenen Groep 5 (Gratis)

gratis oefenbladen begrijpend lezen groep 5
Oefenblad

Oefenbladen Begrijpend lezen Groep 5 (Gratis)

Veelgestelde vragen over de videobijles

Hoe weet ik of de uitleg in de videobijlessen aansluit bij school?

Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.

Waar kan ik de volledige videobijles bestellen?

Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.

Is alleen een videobijles genoeg of heeft mijn kind ook oefenmateriaal nodig?

De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.

Kan mijn kind de videobijles in zijn eigen tempo volgen?

Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.

Hoe werkt de betaling en zit ik ergens aan vast?

Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.

Ontdek drie handige manieren waarmee je elke persoonsvorm snel herkent. Wil je weten wat een persoonsvorm is en hoe je die makkelijk vindt in een zin?

De video hierboven laat het stap voor stap zien.

Wat is een persoonsvorm?

Een persoonsvorm is altijd een werkwoord. Dat betekent dat het een woord is dat iets doet of een handeling aangeeft.

Voorbeelden van werkwoorden zijn: zitten, slapen, eten, fietsen, koken.

Ook de woorden ‘hebben’, ‘zijn’ en ‘worden’ zijn werkwoorden, ook al zijn ze wat minder duidelijk als doe-woord.

Twijfel je of een woord de persoonsvorm is? Controleer dan eerst of het een werkwoord is.

3 manieren om de persoonsvorm te vinden

Soms is het lastig om de persoonsvorm te vinden. Dan kun je één van deze drie manieren gebruiken:

Manier 1: de vraagproef

Maak van de zin een vraagzin. Het werkwoord dat vooraan komt te staan, is de persoonsvorm.

Voorbeeld:

  • Hij werkt in de tuin → Werkt hij in de tuin?
  • Het werkwoord dat vooraan staat is ‘werkt’ → dat is de persoonsvorm.

Manier 2: de tijdproef

Verander de zin van tegenwoordige tijd naar verleden tijd (of andersom). Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.

Voorbeeld:

  • Ik denk na over die som → Ik dacht na over die som.
  • Het woord dat verandert is ‘denk’ → dat is de persoonsvorm.

Manier 3: de getalproef

Verander het aantal in de zin van enkelvoud naar meervoud (of andersom). Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.

Voorbeeld:

  • Wij werken hard → Ik werk hard.
  • Het woord dat verandert is ‘werken’ → dat is de persoonsvorm.

Let op bij vraagzinnen

Soms begint een zin al met een vraagwoord, zoals ‘hoe’ of ‘waarom’. Dan kun je beter de tijdproef gebruiken, want het eerste woord is dan geen werkwoord.

Voorbeeld:

  • Hoe laat moet jij naar huis? → Hoe laat moest jij naar huis?
  • ‘Moet’ verandert in ‘moest’ → dus ‘moet’ is de persoonsvorm.

Waarom heet het een persoonsvorm?

De vorm van het werkwoord verandert als je een ander persoon in de zin gebruikt.

Voorbeeld met het werkwoord ‘duiken’:

  • Ik duik
  • Hij duikt
  • Wij duiken

Zie je? Bij elke persoon verandert het werkwoord. Daarom heet het een persoonsvorm.

Samenvatting

Een persoonsvorm is altijd een werkwoord.

Je kunt de persoonsvorm vinden met:

  • de vraagproef
  • de tijdproef
  • de getalproef

Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het oefenpakket met videobijles en opdrachten.

Oefenpakket ontleden