Hoe je de taalontwikkeling van je kind helpt met gedichten
Een groot deel van de tijd die je kind op de basisschool doorbrengt, wordt besteed aan taallessen (begrijpend lezen, spelling etc.) En dat is niet voor niets. Taal speelt een belangrijke rol in het leven van kinderen en volwassenen.
Een goede beheersing van de taal die je spreekt, zorgt ervoor dat je de mensen in je omgeving duidelijk kunt maken hoe je je voelt, wat je nodig hebt, dat je iets niet of juist wel begrijpt. Ook kun je ze vragen stellen enzovoort. Taal heb je dus nodig om voor jezelf te zorgen, om zelfredzaam te zijn.
De hele dag door raken we verzeild in situaties waarin taal onmisbaar is. Denk bijvoorbeeld aan de gesprekken die je voert met:
- de kassière van de supermarkt
- de juf van je zoon of dochter
- je man of vrouw, vriend of vriendin
- collega’s
- enzovoort
Taal speelt ook een grote rol bij ontspanning. Denk maar eens terug aan een cabaret- of theatervoorstelling die je bezocht of aan die keer dat je in je hangmat dat bloedstollende boek las.
En ook als je meer informatie wilt over een bepaald onderwerp, ben je vaak ‘afhankelijk’ van taal. Je gaat googelen, naar de bibliotheek of leest dat ene artikel in de krant nog eens.
Het belang van poëzie
Hoe kun je de taalontwikkeling van je kind nu op een leuke en leerzame manier stimuleren?
Onder andere door je kind gedichten te laten lezen, gedichten aan je kind voor te lezen of je kind zelf gedichten te laten schrijven! Ik zal je uitleggen waarom. Door middel van gedichten leren kinderen klanken van letters en woorden herkennen en van elkaar onderscheiden. Ze leren woorden die hetzelfde klinken herkennen en ze leren zelf rijmen. Dit zijn allemaal vaardigheden die nodig zijn om de taalontwikkeling van kinderen goed te laten verlopen.
Poëzie is dus heel leerzaam en komt de taalontwikkeling van kinderen zeer ten goede. En er is goed nieuws, want kinderen vinden versjes en gedichten hartstikke leuk! Denk maar eens aan het werk van Annie M.G. Schmidt. Ik denk dat velen van ons er groot mee zijn geworden en met een glimlach terugdenken aan de spin Sebastiaan en Dikkertje Dap.
Ook het schrijven van gedichten is erg leuk en fijn om te doen. En ik spreek uit ervaring! 😉
Toen ik mijn eerste gedicht voor kinderen had geschreven, voelde ik me blij, ‘licht’ en kregen alledaagse dingen opeens veel meer betekenis. Je kunt ook gedichten schrijven om je gevoelens of dingen waar je niet graag over praat toch te uiten.
Het schrijven van een gedicht maakt het mogelijk om dingen net even anders te zeggen dan in een gesprek of verhaal. Je kunt de zogenaamde dichtregels toepassen, maar dit hoeft niet! Het gaat erom dat je hetgeen je van binnen voelt op jouw manier in woorden kunt omzetten. En dat hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn.
Probeer bijvoorbeeld eens een ‘elf’ te schrijven. Een elf is een makkelijke dichtvorm en zeer geschikt voor kinderen!
Roep je kind(eren) maar eens, pak een pen en papier en laten we het dan gewoon proberen. Onderstaande tekst komt uit het boek ‘Hoe schrijf ik een gedicht? Leer het met dit boek!’, een boek voor kinderen om te leren dichten. (Uiteraard met toestemming van de auteur. 😉 )
Heel veel plezier!
Uit het boek ‘Hoe schrijf ik een gedicht? Leer het met dit boek!’
Een elf is een gedicht van elf woorden die zijn verdeeld over vijf dichtregels:
– één woord in de eerste dichtregel;
– twee woorden in de tweede dichtregel;
– drie woorden in de derde dichtregel;
– vier woorden in de vierde dichtregel;
– één woord in de vijfde dichtregel.
Bijvoorbeeld:
Fel
Mooie zon
Schijnt op mij
Ik ben helemaal warm
Zomer
Er zijn nog meer regels voor het schrijven van een elf. In de eerste dichtregel gebruik je een kleur of een woord dat een gevoel of een sfeer oproept.
Bijvoorbeeld:
Oranje
In de tweede dichtregel vertel je iets meer over het woord waarmee je begon. Wat is er oranje? Waarom of op wie ben je boos?
Oranje
Grote poes
In de derde dichtregel gebruik je een werkwoord. Een werkwoord is een woord dat aangeeft wat iemand of iets doet (bijvoorbeeld schreeuwen) of wat er gebeurt (bijvoorbeeld hagelen). Sommige werkwoorden herken je misschien niet zo snel, zoals hebben, zijn, worden, blijken, zullen, kunnen.
Oranje
Grote poes
Springt op schoot
In de vierde dichtregel vertel je hoe het afloopt. Wat de uitkomst of de conclusie is. Dit kan een gevoel, een beeld of een indruk zijn.
Oranje
Grote poes
Springt op schoot
Ik aai haar zacht
De vijfde dichtregel is een mooi slotwoord.
Oranje
Grote poes
Springt op schoot
Ik aai haar zacht
Samen
Je mag zelf weten of je àlle regels die er zijn voor het maken van een elf gebruikt, of dat je alleen de vorm van de elf gebruikt (elf woorden in vijf dichtregels)!
Nog een voorbeeld van een elf:
Boos
Stomme herfst
Ik wil fietsen
Maar het regent hard
Binnen
Beantwoord de volgende vragen en schrijf je eigen elf!
Kies een leuke gebeurtenis uit. Waar kies je voor?
Waar gaat het over? Bij wie is het?
Welk werkwoord past daarbij?
Hoe loopt het af?
Wat is het slotwoord?
Hieronder staat een mogelijke oplossing.
Kies een leuke gebeurtenis uit. Waar kies je voor? Antwoord: feest.
Waar gaat het over? Bij wie is het? Antwoord: bij oma.
Welk werkwoord past daarbij? Antwoord: eten.
Hoe loopt het af? Antwoord: het is gezellig.
Wat is het slotwoord? Antwoord: het gaat om een verjaardag.
Feest
Bij oma
We eten taart
Ik vind het gezellig
Jarig
Het zou ontzettend leuk zijn als je de dichterlijke creaties van je kind (en natuurlijk ook die van jezelf!) met ons wilt delen in een reactie onder dit artikel.
Bron:
De Koning, C., 2015, Hoe schrijf ik een gedicht? Leer het met dit boek!, Amsterdam