Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.
Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.
De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.
Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.
Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.
In deze uitleg leer je hoe je snel een woord kunt vinden in een woordenboek of een trefwoordenlijst. Je ontdekt hoe ze zijn opgebouwd én hoe je ze handig gebruikt.
De video hierboven laat je precies zien hoe je stap voor stap te werk gaat.
Een woordenboek is een boek vol woorden en hun betekenis. Het wordt vaak gebruikt bij lezen, taal, schrijven of spelling.
Alle woorden staan op alfabetische volgorde. Je begint dus niet zomaar ergens met bladeren, maar denkt eerst na over de eerste letter van het woord dat je zoekt.
Zoek je bijvoorbeeld het woord ‘zelden’, dan weet je dat je achterin moet zoeken, bij de Z. Daarna kijk je verder naar de volgende letters om het woord snel te vinden.
Om goed met een woordenboek te kunnen werken, moet je het alfabet goed kennen. Zo weet je of je voorin, middenin of achterin moet zoeken.
De woorden staan namelijk niet alleen op eerste letter, maar ook op de tweede, derde en volgende letters gerangschikt.
Een trefwoordenlijst staat meestal achterin een informatieboek. Je ziet alle belangrijke onderwerpen van het boek op alfabetische volgorde.
Achter elk trefwoord staat op welke bladzijde je informatie kunt vinden. Soms wordt deze lijst ook ‘register’ genoemd.
Wil je iets weten over een onderwerp? Bedenk dan goed welk woord je in de trefwoordenlijst zoekt.
Bijvoorbeeld: je zoekt iets over de boekenkast van Anne Frank. Je kunt het proberen bij ‘boekenkast’, maar als dat er niet staat, is ‘Anne Frank’ misschien een beter trefwoord.
Soms staan namen bij de voornaam, soms bij de achternaam. Kijk dus goed of het onder de A of de F staat.
Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan een oefenpakket Begrijpend Lezen.