Alfabetiseren oefenen – zo vind je woorden sneller

In deze uitleg leer je hoe je woorden op volgorde van het alfabet zet. Dit is handig bij taal, begrijpend lezen en spelling, bijvoorbeeld als je woorden moet ordenen of snel iets wilt opzoeken.

De video hierboven laat stap voor stap zien hoe je dit doet, ook als woorden dezelfde beginletters hebben.

Waarom is alfabetiseren handig?

Als je een lijst met namen of woorden alfabetisch sorteert, kun je sneller iets terugvinden. Denk bijvoorbeeld aan een namenlijst bij een sportdag of een woordenlijst in een woordenboek.

Door woorden op alfabet te zetten, breng je structuur aan en werk je overzichtelijk.

Eerst het alfabet goed kennen

Om woorden goed op alfabetische volgorde te kunnen zetten, moet je het alfabet uit je hoofd kennen. Kun je het rijtje a-b-c-d-e-f… nog niet vlot opzeggen? Dan is het slim om dit eerst goed te oefenen.

Je kunt eventueel een alfabetkaartje als spiekbriefje gebruiken terwijl je oefent.

Hoe zet je woorden op alfabetische volgorde?

Kijk naar de eerste letter van elk woord. Welke letter komt als eerste in het alfabet voor? Dat woord zet je vooraan.

Daarna kijk je verder in het alfabet totdat je alle woorden op de juiste plek hebt gezet.

Soms moet je ook naar de tweede of derde letter kijken als de woorden met dezelfde letters beginnen.

Wat als woorden met dezelfde letter(s) beginnen?

Als meerdere woorden dezelfde eerste letter hebben, kijk je naar de tweede letter. Zijn die ook gelijk? Dan kijk je naar de derde letter, enzovoort.

Bijvoorbeeld: bij de woorden ‘banaan’, ‘bosbes’ en ‘braam’ kijk je eerst naar de ‘b’. Omdat die gelijk is, kijk je naar de volgende letter: ‘a’, ‘o’ en ‘r’. Dan weet je in welke volgorde ze moeten staan.

Let op woorden die helemaal hetzelfde beginnen

Soms beginnen woorden met precies hetzelfde stuk, zoals ‘schip’ in: schipbreuk, schiphol, schippersschool en schipperskind.

Dan kijk je net zolang door totdat je een letter vindt die anders is. Die letter bepaalt de volgorde.

Tip: korte woorden komen eerder

Als twee woorden precies hetzelfde beginnen, maar de één is korter, dan komt het korte woord eerst.

Bijvoorbeeld: ‘koffie’, ‘koffiemok’ en ‘koffiezetapparaat’. Omdat ‘koffie’ korter is, komt dat woord als eerste.

Zelf oefenen met alfabetiseren

Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan een oefenpakket Begrijpend Lezen.

Oefenpakket Begrijpend Lezen