Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.
Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.
De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.
Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.
Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.
In deze uitleg leer je hoe je een verhoudingstabel gebruikt om procenten uit te rekenen. Je leert stap voor stap hoe je van 100% naar 1% gaat, en daarna naar het percentage dat je nodig hebt.
De video hierboven laat je dit duidelijk zien met voorbeelden uit het dagelijks leven.
Een verhouding geeft aan hoe twee getallen zich tot elkaar verhouden. Bijvoorbeeld: als iemand twee keer zo snel rent als iemand anders, kun je dit netjes weergeven in een verhoudingstabel.
Wat je aan de bovenkant doet, doe je aan de onderkant ook. Zo blijft alles in balans.
Bij verhaaltjessommen met procenten is de verhoudingstabel heel handig. Bijvoorbeeld:
Er zitten 200 mensen in een vliegtuig. 30% van de stoelen is leeg. Hoeveel is dat?
Stap 1: Zet 100% boven en 200 eronder. Dat is de volledige bezetting.
Stap 2: Reken eerst naar 1%. 200 ÷ 100 = 2.
Stap 3: Reken dan naar 30%. 2 × 30 = 60.
Er zijn dus 60 stoelen leeg.
Soms is het antwoord niet het percentage zelf, maar moet je daarna nog iets extra’s doen.
Voorbeeld: Een fiets van € 400 krijgt 25% korting. Wat is de nieuwe prijs?
• Eerst bereken je 1% = € 4 (want 400 ÷ 100)
• Dan 25% = € 100
• Trek dat af van € 400 → € 300
Het antwoord is dus € 300, niet € 100!
Je weet van tevoren niet hoeveel tussenstappen je nodig hebt. Laat dus altijd genoeg lege vakjes open.
Een overzichtelijke tabel helpt je om netjes en foutloos te werken.
In de video zie je hoe je verhoudingstabellen gebruikt voor procenten, ook bij lastige verhaaltjessommen.
Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het pakket met videobijles en/of het oefenboek.