Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.
Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.
De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.
Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.
Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.
Ontdek wat het verschil is tussen taalkundig en redekundig ontleden. Je leert hoe je een zin op twee manieren kunt opdelen én waarom dat belangrijk is.
De video hierboven laat dit duidelijk zien met voorbeelden.
Als je een zin ontleedt, hak je die in stukjes: de zinsdelen. Elk stukje heeft een eigen naam en taak.
Er zijn twee manieren om zinnen te ontleden:
Bij taalkundig ontleden bekijk je ieder woord apart. Je geeft elk woord een naam: dat noemen we de woordsoort.
Voorbeelden van woordsoorten zijn:
Een zin bestaat dus uit losse woordjes, die je allemaal apart benoemt.
Bij redekundig ontleden kijk je naar groepen woorden die samen één taak hebben in de zin. Deze groepen noemen we zinsdelen.
Zinsdelen kunnen uit één of meer woorden bestaan.
Voorbeelden van zinsdelen zijn:
Elk zinsdeel krijgt dus een naam op basis van zijn functie in de zin.
Bij taalkundig ontleden geef je elk woord een eigen naam (woordsoort).
Bij redekundig ontleden geef je elk zinsdeel een naam (functie in de zin).
Voorbeeld ter vergelijking:
Als je goed kunt ontleden, begrijp je de Nederlandse taal beter.
Je weet hoe zinnen in elkaar zitten, en dat helpt bij begrijpend lezen.
Ook het leren van een andere taal wordt makkelijker als je snapt wat zinsdelen en woordsoorten zijn.
Je hoeft heus niet elke zin helemaal uit te pluizen, maar je hersenen gebruiken deze kennis vanzelf bij lastige zinnen.
Je weet nu het verschil tussen taalkundig en redekundig ontleden:
Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het oefenpakket met videobijles en opdrachten.