Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.
Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.
De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.
Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.
Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.
In deze uitleg leer je hoe je de digitale klok afleest in de ochtend én in de avond. Je ontdekt hoe je de minuten juist uitspreekt en hoe je weet of het tijdstip ’s ochtends of ’s avonds is.
De video hierboven laat dit stap voor stap zien, met veel heldere voorbeelden.
De digitale klok toont vier cijfers: twee voor de dubbele punt (uren) en twee erna (minuten).
Bijvoorbeeld: 10:11 betekent 11 minuten over 10. En 05:03 is 3 minuten over 5.
Tussen de 15 en 30 minuten gebruik je zinnen als: 10 voor half 4 (bij 03:20) of 5 voor half 8 (bij 07:25).
Tussen 30 en 45 minuten zeg je: 5 over half 10 (bij 09:35) of 11 over half 2 (bij 01:41).
Tussen 45 en 59 minuten zeg je: 10 voor 11 (bij 10:50) of 3 voor 9 (bij 08:57).
• 00–14 minuten: … over
• 15 minuten: kwart over
• 16–29 minuten: … voor half
• 30 minuten: half
• 31–44 minuten: … over half
• 45 minuten: kwart voor
• 46–59 minuten: … voor
• 00 minuten: precies … uur
Een dag bestaat uit 24 uur. De ochtend loopt van 06:00 tot 12:00, de middag van 12:00 tot 18:00, de avond van 18:00 tot 00:00 en de nacht van 00:00 tot 06:00.
Op een analoge klok kun je niet zien of het 6 uur ’s ochtends of ’s avonds is. Op een digitale klok wel: 06:00 is in de ochtend, 18:00 is in de avond.
De digitale klok gaat verder dan 12 uur. Tijden als 14:10 of 22:08 zijn dus heel normaal.
Wil je weten hoe laat het is in gewone taal? Trek dan 12 af van het uur:
• 14:10 = 2 uur 10 (in de middag)
• 22:08 = 10 uur 8 (in de avond)
Stel je weet dat het 3 minuten over 8 ’s avonds is. Dan tel je bij 8 uur 12 op: 8 + 12 = 20.
De digitale klok laat dan 20:03 zien.
Zo kun je elke tijd in de avond terugvinden op de digitale klok.
Leer deze tijden uit je hoofd:
• 13 uur = 1 uur
• 14 uur = 2 uur
• 15 uur = 3 uur
• 23 uur = 11 uur
• 00:00 = 12 uur ’s nachts
In de video heb je geleerd hoe je alle tijden op de digitale klok afleest, zowel in de ochtend als in de avond.
Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het oefenpakket met videobijles en opdrachten.