Onze videobijlessen zijn ontwikkeld door onderwijsexperts en sluiten volledig aan bij de lesstof op school. Dit betekent geen verwarring en geen ‘zo-doet-de-juf-het-niet-discussies’ meer. De uitleg is helder en volgt de aanpak die kinderen gewend zijn.
Veel video’s op onze website zijn volledig gratis te bekijken. Bij video’s met ‘Bekijk gratis preview’ is alleen een korte versie beschikbaar. Wil je toegang tot de volledige videobijles? Dan kun je het bijpassende pakket naar keuze bestellen via de pagina van voorbeeldvideo of in onze shop.
De videobijles helpt je kind om de stof goed te begrijpen, maar oefenen is net zo belangrijk. Daarom raden we aan om het bijpassende oefenboek erbij te bestellen. Hiermee kan je kind niet alleen online oefenen met de videolessen, maar ook offline aan de slag om het geleerde toe te passen.
Ja! Je kind kan zelf bepalen wanneer en hoe vaak hij of zij een videobijles bekijkt. De lessen zijn onbeperkt beschikbaar en kunnen op elk moment gepauzeerd of herhaald worden. Zo kan je kind leren op zijn eigen tempo.
Je betaalt eenmalig voor de pakketten met videobijles en krijgt direct toegang voor één jaar. Er is geen abonnement en dus geen gedoe met opzeggen. Na betaling kun je de lessen zo vaak bekijken als je wilt, zonder verdere verplichtingen.
Leer wat samengestelde werkwoorden zijn, wat het verschil is tussen scheidbare en onscheidbare werkwoorden, en hoe je ze als persoonsvorm juist spelt.
In de video hierboven wordt dit stap voor stap uitgelegd.
Een samengesteld werkwoord bestaat uit twee delen: een voorvoegsel en een werkwoord.
Voorbeelden zijn: voorlezen, opbellen, glimlachen, overzien.
Soms kun je die twee delen van elkaar scheiden. Soms niet. Daarover gaat het volgende stukje.
Bij een scheidbaar samengesteld werkwoord kun je het voorvoegsel en het werkwoord los van elkaar in de zin zetten.
Voorbeeld: ‘Ik bel mijn opa op.’ Het werkwoord ‘opbellen’ wordt gesplitst in ‘bel’ en ‘op’.
Andere voorbeelden: ‘Rens leest een boek voor.’, ‘Jinthe rijdt graag paard.’
Bij een onscheidbaar werkwoord blijven de delen altijd aan elkaar vastzitten.
Voorbeelden: ‘Harry glimlacht naar zijn vriendin.’, ‘De juf overdrijft heel vaak.’
Let op: als je deze woorden toch splitst, verandert de betekenis van de zin compleet.
Je gebruikt gewoon de bekende regels voor werkwoordspelling. Daarvoor kun je het schema gebruiken uit eerdere video’s.
Bij scheidbare werkwoorden schrijf je het werkwoord zonder het voorvoegsel, want dat staat vaak ergens anders in de zin.
Bij onscheidbare werkwoorden schrijf je het hele woord aan elkaar, zoals altijd.
Voorbeelden:
Gebruik het schema voor werkwoordspelling in de tegenwoordige of verleden tijd:
In de video zie je precies hoe je samengestelde werkwoorden herkent en correct spelt als persoonsvorm.
Wil je kind hiermee oefenen? Bekijk dan het oefenpakket met videobijles en opdrachten.